Weermodellen

Weerberichten samenstellen

Een betrouwbaar weerbericht komt tot stand door gebruik te maken van zeer veel informatie. Voor de volgende dagen wordt er een beroep gedaan op de diverse weermodellen. Voor de korte termijn komen daar dan ook nog eens de radarbeelden en satellietfoto's bovenop, samen met diverse soorten waarnemingen. Want de berekening van een weermodel houdt nu eenmaal altijd fouten in, of noem het zekerheden en onzekerheden. Het is aan de weerman of weervrouw om al deze factoren naast elkaar te leggen en zodoende tot een genuanceerde weersverwachting te komen. Of om indien nodig hier en daar wat te kunnen bijsturen of waarschuwen op basis van de feiten van het moment.

Al deze zaken zijn te vinden op het internet. Alleen moet je weten waar je moet zoeken, en hoe je ermee om moet gaan...
Voor wie zelf de ontwikkelingen wil opvolgen heb ik op deze pagina allerlei informatie en bronnen opgesomd met betrekking tot WEERMODELLEN.

Beneden vindt u een uitleg over het gebruik van weermodellen, met links naar diverse veelgebruikte weerkaarten die ook voor een gelegenheidsgebruiker al een aardige indicatie kunnen betekenen. 

Verzamelpagina voor frequent gebruik

Wat is een weermodel

Weermodellen zijn computerberekeningen die in de eerste plaats de toestand van de atmosfeer op dit moment zo goed mogelijk trachten te beschrijven. Op basis van natuurkundige wetten berekenen de modellen middels talrijke grote en krachtige computers welke wijzigingen te verwachten zijn. Dus hoe het weer waarschijnlijk gaat veranderen.

In een weermodel is de atmosfeer opgedeeld in een groot aantal horizontale punten en verticale lagen. Het weermodel gaat rekenen met recente gegevens van onder andere wind, luchtdruk, vochtigheid en temperatuur. Hoe nauwkeuriger de ingevoerde gegevens, hoe betrouwbaarder de berekening wordt. Uiteindelijk leveren de modellen ons zodoende een massa aan weerkaarten met diverse factoren die ons in staat stellen om het vermoedelijke weerbeeld voor de volgende uren en dagen te verwachten. De uitkomst van een weermodel is dus nog geen weerbericht!

Een weerkaart zal sowieso nooit exact uitkomen. De reden leest u in dit artikel.
Om een zo goed mogelijk beeld te krijgen van zekerheden en onzekerheden is het aangewezen meerdere weermodellen naast elkaar te leggen, en gebruik te maken van pluimverwachtingen.

Verschillende weermodellen

Er bestaan tal van verschillende weermodellen, doorgaans verbonden aan een land of universiteit. Deze gebruiken elk op hun manier meetgegevens om de rekenmodellen mee aan de slag te laten gaan. Ook de resolutie is doorgaans verschillend. Hiermee wordt bedoeld voor om de hoeveel kilometer een berekening wordt gemaakt.

Beneden vindt u een aantal links naar pagina's waarop de weerkaarten van diverse modellen te vinden zijn. U vindt hier zelfs veel meer informatie dan de informatie waarop bijvoorbeeld het KMI en KNMI zich baseren om een publiek weerbericht te maken. Alleen moet je dus wel weten hoe je met die informatie om moet gaan. Zo heeft elk model z'n sterktes en zwaktes. Zowel voor wat betreft factoren zoals bijvoorbeeld neerslag, wind of temperatuur, maar ook voor wat betreft de locatie waarvoor de berekening is uitgevoerd. 

Zo berekent het Amerikaanse GFS onder bepaalde omstandigheden (bijvoorbeeld bij zwoel zomerweer) wel eens te hoge dauwpunten waardoor ze onterecht op te hevige onweersbuien uitkomen. Het Nederlandse Hirlam voorziet dan weer onder andere omstandigheden (bijvoorbeeld bij een heldere nacht) wat te hoge minima.

Hoe vaker je een bepaald model gebruikt, hoe beter je het leert kennen waardoor je zelf op basis van ervaring wat correcties kan doorvoeren. Op deze manier is het dankzij het internet dus ook perfect mogelijk om het weer voor een bepaalde streek vanuit het buitenland te verwachten: zolang je de ontwikkelingen maar blijft opvolgen.

Websites waarop diverse weermodellen te vinden zijn

Veel gebruikte weerkaarten: Neerslagkaarten

Op vele neerslagkaarten zien we in het geval van een buien-situatie niet waar het zal regenen, maar waar er kans is op regen. De hoeveelheid wordt dan ook uitgemiddeld over het hele ingekleurde gebied, al kan dit wel een indicatie zijn voor de hevigheid van de buien. Wanneer het gaat om een gesloten neerslagzone geeft het kaartje wel de hoeveelheid neerslag aan die overal verwacht kan worden. Een goed voorbeeld hiervan is de neerslagverwachting volgens het Europese weermodel ECMWF, waarbij ze de verwachte neerslagsom per 3 uur terugvinden. Het grootschalige ECMWF levert een berekening tot maar liefst 240 uur vooruit, en wordt 2 keer per dag bijgewerkt.

Er zijn echter ook modellen die een simulatie maken van de hevigheid van de buien, en die buien ook per uur weergeven op de locatie waar ze volgens de simulatie zullen vallen. In werkelijkheid zal het er echter al-tijd anders uitzien. Een goed voorbeeld hiervan is het AROME model. Ook het HARMONIE-model doet dit. Van dit model zien we trouwens de berekening als we bijvoorbeeld op buienradar.be naar de prognose voor bijvoorbeeld de volgende 3 of 6 uur kijken. Inderdaad, het gaat dan om een berekening volgens één weermodel die dus nooit helemaal zal uitkomen.
Omdat deze zogenaamde fijnmazige modellen slechts voor een beperkt gebied en tot 42 uur vooruit rekenen, kunnen deze 4 keer per dag worden bijgewerkt. Dit vraagt immers minder rekentijd van de weercomputers dan wanneer de berekeningen voor heel de wereld moeten worden uitgevoerd.

Uiteraard zijn er nog neerslagkaartjes van andere modellen te vinden via diverse websites die hier elders op deze pagina worden vernoemd.

Veel gebruikte weerkaarten: Temperatuurkaarten

Via de volgende links zijn diverse temperatuurkaarten van verschillende weermodellen te vinden. Op basis van verschillen in neerslag, wind of bewolkingsgraad kunnen deze waarden van model tot model verschillen. Ook is niet elk model even goed in het inschatten van bepaalde bijzondere omstandigheden, zoals stralingskou tijdens een heldere, windstille vorstnacht.

Veel gebruikte weerkaarten: Wolkenkaarten

Er wordt doorgaans een onderscheid gemaakt tussen lage (<2 km), middelbare (2-6 km) en hoge bewolking (6-12 km). Op sommige website kan je de individuele kaartjes voor deze verschillende hoogtes vinden, zoals bij het GFS-model op de Duitse website van Wetterzentrale. Maar er zijn ook kaartjes te vinden die alle drie de lagen in één beeld weergeven, zoals bij het HARMONIE-model op de site van het Franse Meteociel. En dan kan je ook nog een vereenvoudigde weergave vinden met daarop simpelweg de totaal verwachte bewolkingsgraad, zoals bij het Europese weermodel ECMWF te vinden op de website van Kachelmannwetter.

Veel gebruikte weerkaarten: Windkaarten

Gemiddelde windsnelheid

De windsnelheid wordt weergegeven in m/s, km/u knopen of in Beaufort. Op deze website kan u m/s omrekenen naar km/u of Beaufort en omgekeerd.
Op de website van Weerplaza staat de gemiddelde windsnelheid in Beaufort afgebeeld. Op de site van Kachelmannwetter is de wind volgens het Europese weermodel ECMWF in km/u terug te vinden. Dat geldt ook voor weermodel Arome op de website van wxcharts.eu.

Windstoten

Voor de te verwachten rukwinden bestaan er aparte kaartjes. Het valt overigens aan te raden om zéker meerdere modellen te raadplegen, want kleine verschillende in de berekende luchtdruk of positie van de druksystemen kunnen grote gevolgen hebben voor de maximale windstoten die te verwachten zijn. De berekende rukwinden gelden voor een open omgeving zonder hindernissen.

Temperaturen op 850 hPa

In de wintermaanden wordt er vaak naar de temperatuur op een hoogte van 850 hPa (ongeveer 1500 m) gekeken. Zeker wanneer er kans is op neerslag, aangezien de temperatuur op deze hoogte vaak een indicatie geeft voor de neerslagvorm die we beneden mogen verwachten. Zo wordt het doorgaans vanaf -5°C interessant omdat de neerslag dan een winters karakter kan krijgen. Vanaf -7 a -8 vergroot de kans op sneeuw. Bij een temperatuur van -10°C op 850 hPa mag er in principe altijd sneeuw verwacht worden. Zeker indien er ook negatieve dauwpunten worden voorzien.
Ook met het oog op eventuele stralingskou onder een heldere nachtelijke hemel is dit een interessante indicator: hoe kouder de bovenluchten, hoe kouder het in de onderste luchtlagen kan worden.

Sneeuwkaarten

Alvorens het kan sneeuwen moet aan heel wat voorwaarden voldaan zijn. Waarbij de temperatuur op neushoogte niet eens het belangrijkste is, maar wel de temperaturen in de hogere luchtlagen. Ook de luchtvochtigheid (dauwpuntstemperatuur) is van groot belang.

Het is niet altijd makkelijk om een weermodel te laten bepalen of er ijzel, smeltende sneeuw of sneeuw zal vallen. En of die sneeuw kan blijven liggen. Het kan soms in kleine details zitten die ook nog eens plaats- en hoogteafhankelijk zijn.

En uiteraard moeten de modellen dan ook nog eens de juiste neerslaghoeveelheid kunnen berekenen. 1 mm neerslag vertaalt zich doorgaans in 1 tot 1,5 cm sneeuw, afhankelijk van de luchtvochtigheid. Als er droog weer wordt verwacht, maar er valt 1,5 mm regen, dan zullen niet veel mensen daarom malen. Maar als er droog weer werd verwachtm maar er valt 2 cm sneeuw, dan kan dat zeer grote gevolgen hebben voor verkeer en veiligheid...

Diverse andere belangrijke weerkaarten

Analyse voor de korte termijn door de meteoroloog van het KNMI: Link